We moeten hier weg XII: De weegmat

De binnenstad is één groot doolhof geworden. Wil ik met de fiets naar het Centraal station, word ik op de grachten zo vaak omgeleid dat ik niet veel later weer voor mijn eigen woonbootdeur sta.
De reden is welbekend: de abominabele staat van de kades en bruggen in de door Unesco beschermde grachtengordel. Hierdoor worden steeds meer gordeldelen afgesloten voor het verkeer.
Wat houdt zo’n Unesco-bestempeling tot ‘Werelderfgoed’ eigenlijk in, als achtereenvolgende gemeenteraden voortdurend wegkeken toen het op broodnodige herstelwerkzaamheden en verkeersingrepen aankwam? Bestaat er geen verplichting om dat erfgoed in stand te houden?
Het enig aanwijsbare resultaat van de Unescoïsering is dat er nóg meer verkeer afkwam op juist die plekken die al zo kwetsbaar waren dat ze überhaupt op de lijst belandden.
En dat terwijl er al bijna dertig jaar geleden een plan op de gemeentelijke tafel lag om het toenemende zware verkeer uit de binnenstad te weren, onder meer vanwege de overbelasting van de kades en bruggen. Vrachtwagens zouden aan de stadsrand hun waren moeten overladen in kleinere exemplaren die vervolgens de diverse stadsdelen zouden bevoorraden.
Wat er gebeurd is met dit plan? Het verdween in elk geval en un momento dado, zoals een beroemde Amsterdammer zou hebben gezegd, ónder diezelfde tafel.
Nooit meer iets van gehoord.
Intussen bleef het zware verkeer dat over de kades denderde maar uitdijen. Nu is er sinds 1 oktober 2021 wel een limiet gesteld aan het wettelijk toegestane vehikelgewicht (30 ton), maar wie moet dat controleren?
De BOA’s?
De verkeersregelaars die met alle wegopbrekingen en dus verkeersomleidingen de nieuwe duiven van de binnenstad zijn?
“Kentekencamera’s en handhavers met weegmatten”, lees ik op de gemeentewebsite terwijl ik met mijn fiets geduldig sta te wachten op een gevaarlijk manoeuvrerende reusachtige biertruck die vanwege een afsluiting de kade niet op kan.
Nou ben ik niet erg goed in schatten.
Mag ik een weegmat?

Tekst & beeld: © Marjan Ippel, 2021
Dit is column 12 in de serie We moeten hier weg.

Niet alleen de Amsterdamse huizen, ook de ruim 600 kilometer aan kades die door de stad cirkelen en haar definiëren, is gebouwd op palen. Zo’n 200 kilometer daarvan staat op instorten en moet de komende zes (?) jaar vanaf de waterkant volledig worden vernieuwd. Met als gevolg een ware volksverhuizing van de eraan aangemeerde waterwoningen.
Eén daarvan is mijn woonark waarop ik al twintig jaar woon met mijn gezin. De meeste van mijn drijvende buren liggen zelfs al ruim dertig jaar aan ‘onze’ kade. Waar we voor de duur van twee jaar heen gaan, hoe dat zal gaan, en wat er met mijn moesvlot gaat gebeuren waarop jaarlijks minimaal twee eendennesten huizen, weten we nog niet.
Een ingrijpende kadevernieuwing die geen Amsterdammer zal ontgaan. Al was het maar omdat er vanwege de werkzaamheden omgefietst zal moeten worden.