Leven in lockdown III: Onder de deurmat

Ze reageert verbaasd als ik bij het opnemen al weet wie me belt. Ze heeft geen mobiel, want ‘dat zijn ondingen’. Ook al hamer ik erop dat ze op haar leeftijd (80) met haar beperkte mobiliteit altijd iemand moet kunnen bereiken.
Boodschappen wilde ze tot nu toe perse nog zelf doen, maar eindelijk mag ik haar daarmee helpen. Ze somt een lijstje producten op die het exotisme van mijn net ingeslagen hummus en burrata ver overtreffen. Met als hoogtepunt de slasaus.
Maar als ze ook een bol verse paarse knoflook van de Turkse groenteboer wil, omdat ‘die uitgedroogde dingen van de supermarkt oneetbaar zijn’, weet zij míj weer te verbazen.
We spreken af dat ik de boodschappen voor haar deur zet, aanbel en de nodige meters afstand neem voordat zij opendoet.
Dan de betaalwijze. Zal ze het geld onder de deurmat leggen?
‘Beter overmaken’, zeg ik automatisch, onwetend dat ze dan een cheque moet uitschrijven, die in een envelop op de bus moet. Waarna de kans bestaat dat ze een week later bericht krijgt dat haar overschrijving niet kon worden verwerkt, omdat ze met haar bibberende vingers een cijfer onleesbaar heeft ingevuld.
Ze doet alles contant, zegt ze.
‘Komt goed’, verzeker ik haar beschaamd.
Op de nieuwsapp lees ik dat winkeliers de overheid verzoeken alle cash te verbieden.

(Lees ook: Buurvrouw)

Tekst & beeld: © Marjan Ippel, 2020